Programma Historisch Café 14 december 2016
20.00 uur – Een kruistocht van alle tijden? Een interview met Jaap van Moolenbroek
Bijna achthonderd jaar geleden begon de militaire onderneming die later bekend zou komen te staan als de Vijfde Kruistocht. Onder de deelnemers bevonden zich ook strijders afkomstig uit de huidige Nederlanden. Welke bijdrage deze ‘Nederlanders’ precies leverden aan de tocht, die in 1219 eindigde met de val van de Egyptische havenstad Damiate (Damietta), is moeilijk na te gaan. Toch zijn de deelnemende Hollanders en Friezen in later eeuwen bekend komen te staan als de belangrijkste veroveraars van Damiate aan de Nijl.
In zijn onlangs verschenen boek, Nederlandse kruisvaarders naar Damiate aan de Nijl. Acht eeuwen geschiedenis en fantasie in woord en beeld, toont Jaap van Moolenbroek ons de fascinerende geschiedenis van de Nederlandse bijdrage aan een kruistocht en zijn latere beeldvorming: van het laatmiddeleeuwse ontstaan van een Haarlemse en een Friese mythe, via de achttiende-eeuwse bevraging van hun historische basis, tot aan de sporen die we er ook vandaag de dag nog van terugzien in de publieke beleving.
We zullen vanavond dan ook spreken over de lokale en regionale toe-eigening van een kruistocht. Hoe komen dergelijke verhalen in omloop? Welke betekenis hebben ze gehad voor tijdgenoten en latere generaties? Hoe kan het dat sommige verhalen zo lang blijven voortleven? En hoe scheiden we als historici feit van fictie?
Jaap van Moolenbroek (1944) is als historicus gespecialiseerd in de sociaal-religieuze geschiedenis van de Lage Landen. In 1982 promoveerde hij op een studie over de Franse volksprediker en kloosterstichter Vital de Savigny. Tot zijn emeritaat in 2006 was hij als universitair hoofddocent verbonden aan de Vije Universiteit te Amsterdam.
Interviewer: Frans Camphuijsen
20.45 uur – Pauze
21.00 uur – Nederlandse identiteitsvorming tussen vrede en oorlog. Een gesprek met Lotte Jensen en Tymen Peverelli
Oorlog en vrede zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Terwijl de geschiedschrijving ons een aaneenschakeling van oorlogen laat zien, is Peace studies een relatief nieuw terrein. Maar niet alleen oorlog, ook de vredestijd versterkt het gevoel van onderlinge saamhorigheid en bevordert het ontstaan van nationale identiteiten. In het boek Vieren van Vrede van Lotte Jensen staan juist die periodes centraal waarin Nederland de vrede vierde en schrijvers en dichters droomden over het ideale Nederland.
De talloze vredesverdragen die Nederland tussen 1648 en 1815 sloot, mondden uit in culturele evenementen: de vrede werd gevierd en bezongen en zwengelde een veelstemmig, optimistisch debat aan over de toekomst. De verdragen gaven zo een impuls aan de Nederlandse identiteitsvorming en fungeerden daarnaast als bindmiddel tussen Europese naties. Tegelijkertijd markeerden schriftelijke lofzangen op de vrede ook onderlinge verschillen en vijandsbeelden en vormden zo alweer de voorboden van een volgende oorlog. Door de wortels van het ideologisch nationalisme uit de negentiende eeuw terug te voeren tot nationaal denken tijdens vroegmoderne vredesvieringen, neemt Jensen een originele plaats in binnen het debat over nationale identiteitsvorming.
In dit tweede deel van de avond gaan we in gesprek met Lotte Jensen en historicus Tymen Peverelli over eenheid en verscheidenheid in de Nederlandse nationale cultuur. Hoe verhield de Nederlandse nationale identiteit zich tot stedelijke en regionale culturen en een ontluikend Europees identiteitsbesef?
Lotte Jensen (1972) is neerlandica en filosoof en werkt als universitair hoofddocent historische Nederlandse letterkunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen. In haar onderzoek en publicaties richt zij zich op West-Europese cultuurgeschiedenis, nationale identiteitsvorming en Nederlandse letterkunde. In 2014 won zij de Radboud Science Award voor haar onderzoek naar Nederlandse identiteitsvorming. Onlangs verscheen onder haar redactie de bundel ‘The roots of nationalism. National Identity Formation in Early Modern Europe, 1600-1815’.
Tymen Peverelli (1988) is promovendus en docent Europese Studies aan de Universiteit van Amsterdam. Zijn onderzoek richt zich op de spanning tussen stedelijke en nationale identiteiten in België en Nederland tijdens de negentiende eeuw.
Interviewer: Lucia Admiraal