Krijn Thijs (1976) is werkzaam aan het DIA en de RUL. In 2006 promoveerde hij op Drei Geschichten, eine Stadt, een studie naar de verschillende manieren waarop nazi's, communisten en democraten de geschiedenis van Berlijn gebruikten. Sindsdien houdt hij zich bezig met herinneringsculturen in Duitsland en Nederland.
Fik Meijer behandelt in zijn nieuwste boek, Bejubeld en verguisd. Helden en heldinnen in de oudheid, een hele serie helden (en een enkele heldin) uit de oudheid: van de Homerische Achilles tot en met Attila de Hun. In zijn dertig heldenportretten toont hij tevens hoe het beeld van een held veranderde in de meer dan duizend jaar tussen beide genoemde helden. Waar aanvankelijk alleen strijd en oorlog een Held de status konden geven die hem toekwam, verbreedden de mogelijkheden in de loop der eeuwen. Ook sporters, zelfs politici en filosofen konden volgens Fik Meijer een heldenstatus genieten.
Achilles kunnen we met recht de eerste held van de klassieke wereld noemen, en ironisch genoeg symboliseert de 'barbaar' Attila het einde van de klassieke wereld. Is de klassieke oudheid tenondergegaan aan conceptuele verwarring over het begrip Held? Hoe tijdloos zijn deze helden, en wat kunnen we vandaag de dag met deze voorbeelden? Hebben we helden nodig - en zijn helden nu nog wel denkbaar? Over deze en andere vragen spreken we met Fik Meijer.
Fik (F.J.A.M) Meijer (1942) is emeritus hoogleraar Oude Geschiedenis aan de UvA en auteur van tal van boeken over de Oudheid, en heeft altijd oog voor een link met het heden. Eerder schreef hij onder andere Keizers sterven niet in bed (2001), Gladiatoren (2003) en Vreemd volk. Integratie en discriminatie in de Griekse en Romeinse wereld (2007). Vorige maand verscheen Bejubeld en verguisd. Helden en heldinnen in de oudheid.
Interviewer: Joop Hopster
Onlangs verscheen De verheerlijking van het verleden. Helden, literatuur en natievorming in de negentiende eeuw van Lotte Jensen. Hierin geeft ze aan dat Nederland in de eerste helft van de negentiende eeuw een land was dat op grote schaal bezig was via literatuur helden te vereren en daardoor de natievorming te stimuleren. Helden als Michiel de Ruyter, Willem van Oranje en Rembrandt van Rijn werden gebruikt om aan te geven dat Nederland een sterke geschiedenis kent waar we trots op moesten zijn.
Hierover gaan Lotte Jensen en Jeroen van Zanten met elkaar van gedachten wisselen. Was het beeld dat Jensen schetst de algemene tendens, of was het vooral gericht op een kleine bovenlaag? Hoe ging de politiek hiermee om? Deze en andere vragen komen uitgebreid aanbod.
Lotte Jensen is neerlandicus en filosoof. Ze is als onderzoeker verbonden aan de leerstoelgroep Moderne Nederlandse Letterkunde van de Universiteit van Amsterdam en doceert oudere Nederlandse Letterkunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen.
Jeroen van Zanten promoveerde in 2004 in Leiden op het proefschrift Schielijk, Winzucht, Zwaarhoofd en Bedaard over de politieke cultuur in Noord-Nederland ten tijde van het koningschap van Willem I. Van 2004 tot 2006 was hij als docent en post-doc verbonden aan de afdeling politieke geschiedenis van de Universiteit Utrecht en deed hij onderzoek naar politieke reconstructie in Frankrijk en Nederland in de jaren 1813-1815. Sinds september 2006 is hij verbonden aan de UvA als universitair docent Nederlandse geschiedenis.
Gespreksleiding: Mihai Popa
Het Historisch Café van woensdag 10 december wordt mede mogelijk gemaakt door Athenaeum Boekhandel (www.athenaeum.nl). Athenaeum Boekhandel biedt de mogelijkheid de te bespreken titels aan te schaffen tijdens dit Historisch Café.
Boekentips van Athenaeum Boekhandel: